Leven we in een “post-truth” tijdperk?

Leven we heden in een “post-truth” tijdperk? ‘Oxford Dictionaries’ koos het begrip uit tot woord van het jaar. De Standaard belde naar mijn collega-filosoof Ruben Mersch en mij voor een reactie.
Volgens mij is dat “post-truth” tijdperk overroepen. Waarheid blijft een centraal en onontkoombaar concept in ons wereldbeeld, waaraan we heel moeilijk kunnen ontsnappen. Elk van ons heeft een wereldbeeld, waaraan we geloof hechten omdat we om een of andere reden denken dat het “waar” is.
Maar zijn er niet miljoenen mensen die de waarheid compleet in de wind slaan? Denk aan dwaallichten die volhouden dat 9/11 een inside job was van Bush en kompanen, dat klimaatopwarming een fabeltje is van groene jongens, dat het geboortecertificaat van Obama vervalst is, of dat Trump al zijn verkiezingsbeloften zal kunnen waarmaken. 
Ook die mensen kunnen echter niet aan het concept “waarheid” ontsnappen. Ze zijn er net zo hard aan verknocht als u en ik. Het probleem is niet dat zijn onverschillig zijn tegenover “waarheid”, of dat dat begrip voor hen is voorbijgestreefd, maar dat ze een compleet andere opvatting hebben van wat die waarheid behelst, en dat ze de klassieke bronnen van kennis wantrouwen (wetenschap, traditionele journalistiek, politieke expertise). 9/11-complotdenkers noemen zichzelf niet toevallig “The Truth Movement”, met hoofdletter ‘T’. In hun eigen parallel universum streven zij de waarheid en niets dan de waarheid na. Alleen slaan ze de bal compleet mis.
De vraag blijft dan of pseudowetenschap, complotdenken en andere “onwaarheden” aan een opmars bezig zijn. Delft de waarheid steeds meer het onderspit in onze moderne tijd? In de epiloog van ‘Illusies voor gevorderden’ heb ik gepoogd die vraag te beantwoorden. De opvatting dat er steeds meer irrationaliteit heerst in de wereld, lijkt me op zijn beurt een illusie. Mensen hebben altijd in allerlei vormen van onzin geloofd, alleen valt het nu meer op, doordat ze meer lawaai maken, en doordat we peilingen uitvoeren naar hun opvattingen.
Illusies raken wel degelijk in de verdrukking. Tot voor kort konden ze azen op onze onwetendheid, omdat er toch nauwelijks betrouwbare informatie beschikbaar was. In tijden van massacommunicatie, globalisering en internet worden ze echter steeds meer blootgesteld aan een spervuur van nieuwe informatie, dat steeds meer hun voortbestaan bedreigt.
Ook voor Trump zal het moment van waarheid binnenkort aanbreken, nu hij al zijn knettergekke beloften moet inlossen, en alle voorspellingen moet waarmaken. Zal hij de muur met Mexico bouwen? Zal hij de steenkoolmijnen in de Rust Belt weer openen? Zal hij erin slagen om moslims de toegang tot het land te ontzeggen? Zal de werkloosheid spectaculair dalen onder zijn bewind? Het feit dat hij nu al terugkrabbelt op al die domeinen, spreekt boekdelen. De wederwraak van de waarheid belooft zoet te zijn.
Enkel postmodernistische warhoofden denken dat “waarheid” niet bestaat, of louter een sociale constructie is. En zelfs zij, als puntje bij paaltje komt, geloven die boutades niet echt. Niet alleen is postmodern relativisme zelfondergravend — is het “waar” dat waarheid niet bestaat, of is dat evenzeer een sociale constructie? — maar van zodra je postmodernisten uit hun ivoren toren haalt en met de voeten in de echte wereld plaatst, spat hun waarheidsrelativisme uiteen.
Ik herinner me een discussie uit mijn studententijd tijdens een les filosofie, waarbij de docent beweerde dat micro-organismen sociale constructies zijn, die pas “ontstaan” wanneer ze binnentreden in een bepaald wetenschappelijk discours. Vraag: als de pestbacterie pas ontstond in 1894 toen Alexandre Yersin ze “ontdekte”, waaraan stierven al die mensen dan in de middeleeuwen? Daar heb ik nooit een helder antwoord op gekregen. Of zoals Richard Dawkins ooit zei: “nobody is a social constructionist at 30,000 feet”.