Dyab Abou Jahjah schrijft in De Standaard dat ik “helemaal de pedalen verlies” als ik over de islam schrijf, maar op de drie kernpunten van mijn betoog geeft hij me wel (knarsetandend) gelijk: IS-terroristen hebben een religieuze drijfveer (contra Coolsaet & Ramadan), de hele orthodoxe islam is dringend aan hervorming toe, en die hervorming zal van binnen de gemeenschap moeten komen. Nog enkele rechtzettingen.
Na de beruchte uitspraak van Jan Jambon over feestende moslims op straat, had ik naar een interview verwezen met een bandlid van The Eagles of Death Metal, die hetzelfde getuigde na de aanslagen in Parijs. Dat is op zich geen gekke complottheorie: terroristische organisaties gedijen bij gratie van steun bij een deel van de gemeenschap van waaruit ze rekruteren (zie het onderzoek van Mark Juergensmeyer). Dat tienduizenden IS-sympathisanten de aanslagen op sociale media toejuichten, is een aantoonbaar feit. Dat er daarvan geen enkele in Parijs zou rondlopen, zou sterk verbazen. Niettemin: Jesse Hughes bleek na enig opzoekwerk een nogal volatiele figuur met een verleden van bedenkelijke uitspraken. Niet geloofwaardig als getuige dus, wat ik meteen heb getweet: “Die kerel heeft inderdaad een vijs los. Ik neem zijn uitspraken niet langer ernstig, ook niet wat ik eerder tweette.” Dyab weet dat, want de tweet was aan hem gericht. Dat hij die kwestie nu opnieuw oprakelt, zelfs na mijn publieke terugtrekking, is niet alleen laag, maar geeft aan hoe diep hij moet graven om mij in diskrediet te brengen.
Dat ISIS slechts een kleine minderheid binnen een minderheid vormt in de moslimwereld (enkele tienduizenden aanhangers wereldwijd), heb ik nergens ontkend. Mijn punt was dat, wie die open deur blijft intrappen, voorbijgaat aan het veel grotere probleem met de orthodoxe islam. Ook dat erkent Abou Jahjah, zij het met de vrijblijvende en nietszeggende term “problematische elementen”, wellicht het grootste eufemisme dat ik ooit van deze scherpe polemist las. Concreet: slechts een kleine fractie van de Egyptische moslims is aanhanger van ISIS, maar niettemin vindt 64% dat afvalligen de doodstraf moeten krijgen. Moeten we dat geruststellend vinden?
Tot slot: hervormers als Maajid Nawaz, Bassam Tibi en Irsjad Manji zijn wel degelijke gelovige moslims. In de anti-radicaliseringsdenktank Quilliam van Nawaz werken zelfs islamtheologen, zoals de moedige Usama Hasan, die een lans brak voor de evolutietheorie en daarvoor prompt – het wordt voorspelbaar – met de dood werd bedreigd. Andere activisten die ik noemde, zijn culturele moslims, afvalligen, of agnosten zoals Abou Jahjah. Moeten we die uitsluiten van hervormingspogingen? Neem Abou Jahjah zelf, een culturele moslim met een Arabische achtergrond, die er nog niet aan uit is of Allah al dan niet bestaat. Vergelijk dat met mij, een blanke ex-katholieke atheïst, die zeker weet dat Allah niet bestaat. Drie keer staat Abou Jahjah dichter bij de moslimgemeenschap. Iemand met die achtergrond zou men moeilijk kunnen wegzetten als een losgeslagen islamofoob met een Europese superioriteitswaan. Een beetje zoals Abou Jahjah graag met mij doet.
En inderdaad: laten we ook progressieve imams als Khalid Benhaddou en Brahim Laytouss meer aan het woord laten. Hopelijk kunnen zij de rol van moslimhervormer wél waarmaken.