De mensheid moet zich schrap zetten (een fictief opiniestuk uit 2030)

Het duurde nog tot 2027 totdat de wereld zich helemaal herstelde van de pandemie, schrijft Maarten Boudry. Voor de komende tien jaar wacht een klimaatontwrichting van ongekende proporties.

(NRC, 31 juli, 2021)

Het exacte moment zullen we nooit weten. Maar het is nu tien jaar geleden dat een vleermuisvirus ontsnapte uit het Wuhan Institute of Virology, met verstrekkende gevolgen. (Er zijn nog steeds mensen die volhouden dat de bewijzen van het labolek die in 2022 onthuld werden in scène zijn gezet door de Amerikaanse CIA om China in diskrediet te brengen, maar dat wordt tegenwoordig afgedaan als een vergezochte complottheorie.)

In 2019, aan de vooravond van het corona-decennium, dacht de wereld nog dat ze best goed bezig was. Armoede, kindersterfte en honger zaten al bijna dertig jaar in dalende lijn. In 2015 nog stelde de VN zich tot doel – enigszins overmoedig – om extreme armoede en hongersnood tegen 2030 over de hele wereld uitgeroeid te hebben.

Die droom van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDGs) spatte door het coronavirus helaas uiteen. De geschiedenis schakelde – voor de eerste keer in het nieuwe millennium – in de achteruitversnelling: er kwamen tientallen miljoenen arme mensen bij, voedselschaarste en kindersterfte namen toe, pas verworven vooruitgang werd weer weggevaagd. Natuurlijk was dat niet énkel de schuld van corona. Een studie van de Wereldbank uit 2029 wees uit dat het ook zonder de pandemie wellicht niet gelukt zou zijn om de millenniumdoelstellingen tegen 2030 te halen.

De naweeën van de pandemie namen het grootste deel van dit decennium in het beslag, maar ze duurden niet overal even lang. Tegen 2022 was het ergste gevaar in rijke landen geweken. Dankzij de hoge vaccinatiegraad werd de impact van het coronavirus teruggebracht tot een stevige seizoensgriep. Natuurlijk, door de opkomst van nieuwe varianten waren er regelmatig nieuwe vaccinatiecampagnes nodig, maar het virus nam nooit meer zo’n grote voorsprong als in 2020-21.

En dus probeerden we die hele coronanachtmerrie allemaal zo snel mogelijk te vergeten.

Groeiende immuniteitskloof

Toch was het virus nog lang niet uitgeraasd. In ontwikkelende landen duurde het soms nog tot 2024 voordat iedereen de kans kreeg om zich te laten vaccineren. En zelfs daarna slaagde de vaccinatiecampagne er niet in om het virus bij te benen. Telkens weer verdampte de hoop dat het einde in zicht was. Vooral de Ypsilon-variant in 2023, die de vaccins van de eerste generatie bijna volledig omzeilden, bracht veel arme landen terug naar af.

Die groeiende immuniteitskloof zorgde voor groeiende frustratie bij arme landen, die telkens opnieuw de gratis kruimels kregen van de rijke landen, nadat die zelf helemaal waren verzadigd. Natuurlijk, er werden inmiddels miljarden vaccins gedoneerd via het Covax-programma, maar het waren altijd de vaccins van gisteren.

In rijke landen ging het debat algauw niet langer over Covid-19, maar over hoe we de volgende pandemie konden vermijden – zeker na de explosieve ontdekking eind 2022 dat het coronavirus geen zuiver natuurlijke oorsprong had. Sinds 2023 geldt een moratorium op alle ‘gain of function’-experimenten, waarbij ziektekiemen worden opgekweekt om besmettelijker of dodelijker te zijn voor de mens.

De veiligheidsvoorschriften in virologische instellingen overal ter wereld werden stevig opgeschroefd. En hoewel China nog steeds officieel vasthoudt aan de idee van een natuurlijke zoönose, heeft ze onder druk van de internationale gemeenschap ook enkele laboratoria gesloten en protocollen verscherpt.

De angst voor een nieuwe pandemie leidde de afgelopen jaren verschillende keren tot draconische veiligheidsmaatregelen en wereldwijde paniek. Iedereen herinnert zich natuurlijk nog het dodelijke H7N1-griepvirus dat in 2025 opdook in een kippenboerderij in de Braziliaanse deelstaat Paraná. Dat leidde tot een nooit geziene ruiming, met honderden miljoenen vergaste dieren. De deelstaat werd bijna hermetisch afgesloten, bijna alle luchtverkeer met Brazilië kwam stil te liggen. Na enkele weken van mondiale paniek doofde de epidemie uit, met slechts 350 doden. Paniekzaaierij volgens sommigen, preventieparadox volgens anderen: dankzij de doortastende ingreep hebben we een nieuwe catastrofe verhinderd.

Het grote gevaar

Pas de laatste jaren van dit decennium lijkt de wereld zich helemaal te herstellen van de coronapandemie. Het duurde tot 2027 voordat het percentage van extreme armoede in de wereld werd teruggebracht tot het niveau van vlak vóór de pandemie. Niet alles is daarbij het gevolg van corona: volgens wetenschappers moeten we ook de stijgende klimaatschade in rekenschap brengen, vooral de mega-overstromingen in Bangladesh, Indonesië en China, de extreme droogte in zuidelijk Afrika en Latijns-Amerika, en de drie verwoestende Categorie-6 orkanen in de Caraïben (die hoogste categorie bestond in het vorige decennium nog niet eens).

Vooral de laatste drie jaar boekte de wereld weer écht vooruitgang, voor de eerste keer sinds het post-corona tijdperk. Hongersnood, kindersterfte en extreme armoede gingen in fors dalende lijn. En natuurlijk was de uitroeiing van malaria in 2028 – veel sneller dan verwacht – een opsteker voor de wereld.

Maar bij het begin van dit decennium daagt het besef: nauwelijks heeft de mensheid haar wonden van haar vorige blunder gelikt, of ze moet zich al schrap zetten voor dat andere grote gevaar dat ze over zichzelf heeft afgeroepen. Want hoewel de piek van de mondiale CO2-uitstoot gelukkig al vijf jaar achter de rug ligt, zit onze planeet door de reeds uitgestoten broeikasgassen nog steeds op koers naar ongeveer 2,8 graden Celsius opwarming tegen het einde van de eeuw. Na die piek moeten we een steile daling inzetten, en ons intussen voorbereiden op een nieuw decennium van nog grotere klimaatontwrichting. Als er niet ergens weer een virus ontsnapt tenminste, uit een laboratorium of uit de wilde natuur.