Wat is het grote taboe van onze tijd dat niemand durft uit te spreken, maar waarover we toch maar niet uitgepraat raken? Waarover zijn links en rechts het roerend eens, omdat het alle bezorgdheden over klimaat, migratie, voedsel en milieu met elkaar verbindt? Dat is de overbevolking, natuurlijk. Dat we ‘met te veel mensen’ zijn, is volgens velen des Pudels Kern, de bron van alle ellende, de wortel van het kwaad.
Het is ook de vraag die ik het vaakst krijg na lezingen, zeker sinds ik de Leerstoel Etienne Vermeersch bekleed: ‘Waarom zegt u zo weinig over de overbevolking?’ Want Etienne – zoals genoegzaam bekend – waarschuwde decennialang onverdroten voor dit gevaar, en liet in zijn laatste interview in deze krant zelfs optekenen dat hij ‘zou sterven met de wanhoop dat het bevolkingsprobleem niet opgelost raakt, wat tot grote catastrofes zal leiden’.
Er zijn niet veel onderwerpen waarover ik het grondig oneens was met Etienne, maar dit is er één van. Zijn gevoel van wanhoop was volgens mij volkomen onnodig. Niet alleen dalen geboortecijfers overal ter wereld, maar een nieuwe studie in wetenschappelijk tijdschrift The Lancet wijst uit dat die daling zelfs nog sneller verloopt dan we al dachten: volgens zijn nieuwe model zal de totale wereldbevolking haar piek al bereiken rond 2064 en daarna onverbiddelijk naar beneden gaan.
‘Gedwongen sterilisaties’
Eerst even wat we daarvoor al wisten (maar wat de doemdenkers vaak negeerden). De wereldbevolking groeit nog steeds, maar het tempo waarin dat gebeurt, vertraagt al decennia. Het hoogtepunt lag omstreeks 1968, toen het aantal mensen op aarde jaarlijks met 2,1 procent groeide, het hoogste peil ooit. En wat exponentiële groei betekent, weten we sinds de coronapandemie. Als dat blijft duren, ontploft de boel.
Er verschenen schrikbarende rapporten van de Club van Rome en bestsellers als De bevolkingsexplosie van Paul Ehrlich, dat miljarden hongerdoden voorspelde en pleitte voor gedwongen sterilisaties. Maar gelukkig bleef het niet duren. In land na land begon het kindertal te zakken, nadat eerst het sterftecijfer de dieperik in was gedoken. In de jaren 60 kreeg elke vrouw nog gemiddeld 4,5 kinderen, vandaag is dat nog minder dan 2,5. Dat is niet veel hoger dan het vervangingscijfer van 2,1: het getal dat je nodig hebt om een populatie op peil te houden.
2 miljard kinderen
Geen enkel land blijkt immuun voor deze ‘demografische transitie’, zelfs niet traditionele en religieuze samenlevingen die van grote families houden. In Algerije, bijvoorbeeld, zagen we in de periode tussen 1975 en 2010 een daling van meer dan 60 procent, sneller en steiler dan wij hier ooit meemaakten. Iran kende sinds 1984 zelfs de spectaculairste daling van het aantal kinderen per vrouw ooit waargenomen, van gemiddeld zes naar minder dan drie.
De belangrijkste oorzaken van die dalende geboortecijfers zijn overal dezelfde, ongeacht culturele verschillen: meer welvaart, beter onderwijs voor vrouwen en toegang tot anticonceptie. Zoals de Zweedse arts Hans Rosling schrijft in zijn boek Feitenkennis: ‘Als ouders zien dat kinderen in leven blijven, als kinderen niet langer nodig zijn voor kinderarbeid en als vrouwen onderwijs genieten en toegang tot voorbehoedsmiddelen krijgen, dan beginnen beide seksen in alle culturen en religies te dromen over minder, maar goed opgeleide kinderen.’
Er lopen vandaag ongeveer 2 miljard kinderen rond op deze planeet. Hoeveel zullen er op het einde van de eeuw zijn? 4 miljard? 6 miljard? Nog steeds 2 miljard, schatten de Verenigde Naties (na een klein bultje in de tweede helft van de eeuw). Dat de wereldbevolking nog steeds groeit, komt vooral omdat mensen steeds langer leven, niet omdat er steeds meer mensen bijkomen. En dat is op zich goed nieuws.
Omgekeerde piramide
Dan nu wat The Lancet ons bijleert. Demografen wisten al dat we binnen enkele decennia een bevolkingskrimp krijgen, maar deze nieuwe studie voorspelt dat het allemaal nog sneller gaat dan gedacht. De bevolkingsdivisie van de Verenigde Naties verwachtte tot dusver dat de piek pas rond 2100 zou worden bereikt en ongeveer 11 miljard mensen zou bedragen, maar volgens The Lancet begint de daling al rond 2064, en wordt de kaap van 10 miljard wellicht nooit gehaald.
De Verenigde Naties gingen er ook van uit dat landen die onder het vervangingscijfer zakken, zullen stabiliseren rond 1,75 kinderen per vrouw, maar volgens The Lancet is die schatting gebaseerd op een selectieve steekproef. In landen zoals Thailand, Zuid-Korea en Griekenland zien we dat de daling zich nog verder doorzet, naar minder dan anderhalf kind per vrouw. En dat maakt op lange termijn een groot verschil uit.
Natuurlijk blijft een wereld met een kleine 10 miljard mensen een uitdaging, zeker als we iedereen willen laten genieten van ons westerse niveau van welvaart (een miljard mensen heeft nog niet eens toegang tot elektriciteit). Maar met moderne wetenschap en technologie is dat zeker niet onoverkomelijk. ‘Meer mensen’ betekent in veel opzichten zelfs goed nieuws.
Intuïtief klinkt het aannemelijk dat, hoe meer mensen er bij komen, hoe minder grondstoffen overblijven voor iedereen. Maar economisch gezien klopt dat niet. Meer mensen betekent vaak juist minder schaarste. Want talrijke breinen, dicht op elkaar gepakt, komen met meer slimme ideeën, en gaan zich meer specialiseren. De Simon Abundance Index, vernoemd naar de econoom en vooruitgangsdenker Julian Simon, toont aan dat grondstoffen overvloediger en goedkoper worden naarmate de wereldbevolking groeit. Het klinkt gek en contra-intuïtief, maar dat is vaker het geval met wetenschappelijke inzichten.
Het is tijd dat pessimisten hun doembeelden over overbevolking opbergen. De grootste uitdaging, zoals The Lancet stelt, wordt hoe we omgaan met een krimpende en vergrijzende wereldbevolking. In 1950 werden er 25 baby’s geboren voor elke persoon die 80 kaarsjes uitblies. Vandaag is dat cijfer ongeveer zeven. Maar in 2100 zal er voor elke 80-plusser slechts één boorling zijn. Dat is een ongeziene omwenteling, een omgekeerde bevolkingspiramide die nooit eerder in de geschiedenis werd waargenomen. Tijd om daarover na te denken, in plaats van te blijven steken in achterhaalde doembeelden over bevolkingsexplosies.
(De Standaard, 28 juli 2020)