Opwarming wordt verhitting: over de alarmistische tredmolen

Mijn ogen rolden toen ik de nieuwe stijlgids van The Guardian over klimaatopwarming las. Met Orwelliaanse newspeak als “global heating” (i.p.v “warming” ) en “climate breakdown” (i.p.v. “climate change”) zal The Guardian de klimaatsceptici (pardon, “ontkenners”) echt niet overtuigen. Er is tegenwoordig een opbod gaande onder activisten om steeds onheilspellender taal te gebruiken. Welk woord zullen ze bedenken als het effect van “heating” een beetje is bekoeld? “Climate roasting” misschien? En wat is de overtreffende trap na “klimaatcrisis”? Existentiële catastrofale klimaatcrisis? en beetje zoals rechts spreekt van “massamigratie”, of binnenkort misschien van “ongebreidelde massale migratietsunami”. 

Inderdaad, klimaatopwarming is een ernstig probleem voor de mensheid, maar we gaan dat niet oplossen met semantische kunstgreepjes. The Guardian preekt hier voor de eigen progressieve parochie. De invloed van taal op ons denken wordt vaak schromelijk overschat. Deze stijlgids doet me denken aan het advies van de linguïst George Lakoff aan linkse partijen om het woord “belastingen” te vervangen door “membership fees”. Alsof mensen zo onnozel zijn om daarin te trappen. 

De Morgen vroeg mijn mening erover, hieronder een stukje uit het artikel:

UGent-filosoof Maarten Boudry, die in zijn nieuwe boek Waarom de wereld niet naar de knoppen gaat een hoofdstuk aan klimaatverandering dan wel -crisis of -ineenstorting wijdt, is minder positief. “Ik heb toch even met de ogen gerold toen ik die richtlijn las”, zegt hij. “Mij doet dit een beetje denken aan de Newspeak waarover George Orwell het heeft in zijn roman 1984 – de vergelijking is niet zo vergezocht. Er is al langer een opbod gaande, en dat kan doorgaan: nu is het een crisis, wat is het volgende? Een existentiële crisis? Wie om strategische redenen overdrijft, tast de eigen geloofwaardigheid aan.”Dat termen kunnen evolueren, vindt Boudry normaal. “Global warming is een preciezere term dan climate change, bijvoorbeeld. Maar die evolutie gebeurt best op een organische manier, niet met richtlijnen van bovenaf. Voor de trouwe lezers van The Guardian zal het trouwens geen verschil maken, die zijn toch al overtuigd van het probleem. Maar wie het klimaatprobleem wegwuift, zul je hiermee niet overtuigen. Het is infantiel om te denken dat je met andere woorden tegenstanders van mening doet veranderen.”SCEPTICUS OF ONTKENNERDe richtlijn van The Guardian bevat nog een element dat Boudry stoort: “Er wordt gevraagd om niet langer te spreken over ‘sceptici’, maar over ‘ontkenners’. Maar over wie gaat het? Dat staat er nergens. Het lijkt erop dat iedereen die iets wil afdingen op het klimaatbeleid, een ontkenner zal worden genoemd. Terwijl er toch mensen zijn, onder wie de Deense statisticus Björn Lomborg, die sceptisch zijn over bepaalde maatregelen, maar die het probleem helemaal niet ontkennen. Dat doe ik zelf ook niet. Zo vind ik het goed dat The Guardian bij het weerbericht aangeeft hoeveel deeltjes CO2 er in de atmosfeer zitten. Er is een ernstig probleem, dus échte ontkenners hoeven van mij geen forum te krijgen, maar we moeten van mening kunnen blijven verschillen over mogelijke oplossingen en scenario’s.”