(NOOT: In de weekendbijlage van Trouw verscheen een herwerkte versie van mijn brief aan de klimaatspijbelaars Anuna en Kyra, waarin ik ook rekening houd met de bijwijlen felle kritieken. Er stond niets feitelijk onjuist in de brief in Knack, maar de tekst bevatte een aantal kwetsbare plekken, waardoor de indruk kon ontstaan dat ik het klimaatprobleem bagatelliseer, of dat ik het pleidooi voor versnelde emissiereducties niet ondersteun (in mijn boek pleit ik voor een universele koolstofbelasting, die stelselmatig wordt opgedreven). Nu heb ik ook beter uitgelegd waarom er een grote kloof gaapt tussen de bevindingen van het IPCC en de doembeelden van groene activisten. Hieronder de nieuwe versie, die ter vervanging geldt van de oude.)
Beste Anuna en Kyra,
Sinds jullie begonnen te spijbelen voor het klimaat, groeide jullie ergernis over de manier waarop politici jullie behandelen. Jullie kregen schouderklopjes en knuffels, jullie mochten op de thee bij de minister, jullie hoorden mooie beloften en bemoedigende woorden, maar daarna gebeurde er helemaal niets. Ook in de media ging het vooral over bijkomstigheden: met hoeveel jullie zijn, of jullie ouders allemaal vegetarisch eten en groen stemmen, wie er nu écht achter jullie actie zit. En ook weer veel lieve woorden en schouderklopjes.
Ik deel jullie ergernis. Grote mensen die jullie doodknuffelen met vrome platitudes over hoe fantastisch jullie engagement wel is, behandelen jullie als kleine kinderen. En dat zijn jullie niet, of niet langer. Jullie bleven doorzetten en op dezelfde nagel kloppen, en jullie inspireerden tienduizenden jongeren in België en Nederland om te betogen voor het klimaat. Nu hebben jullie een boek, ‘Wij zijn het klimaat’ geschreven, in de vorm van een open brief. Proficiat daarmee! De tijd is dan ook rijp om de vrijblijvende complimentjes op te bergen. Ik wil uitleggen waar de fouten en tekortkomingen in jullie brief zitten, omdat ik jullie ernstig neem. Ik neem aan dat jullie dat liever hebben dan voor de zoveelste keer te horen hoe hartverwarmend jullie passie en gedrevenheid zijn.
Laat over één iets duidelijkheid bestaan: jullie hebben volkomen gelijk dat het klimaat opwarmt, en dat dat grotendeels ligt aan de menselijke uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen. Voor klimaatontkenners of ‘sceptici’ hoeven we geen geduld meer te hebben. In jullie brief trekken jullie resoluut de kaart van de wetenschap, en daar ben ik blij om.
Gitzwarte toekomst
Maar als we het klimaatprobleem willen oplossen, moeten we het eerst in het juiste perspectief plaatsen. Het IPCC, dat de klimaatopwarming onderzoekt in opdracht van de Verenigde Naties, spreekt nergens over een ‘planetaire puinhoop’ of een ‘onleefbare planeet zonder toekomst’, zoals jullie schrijven. Dat we ‘onze eigen ondergang’ tegemoet gaan, is dan ook erg overtrokken. Ik vind het geen goede zaak dat jullie en vele anderen met dergelijke gitzwarte toekomstbeelden rondlopen. Klimaatopwarming wordt wellicht een van de grootste uitdagingen van de komende eeuw, maar het is niet het einde van de wereld, en ook niet van de mensheid. Homo sapiens is het meest adaptieve dier dat ooit op de planeet heeft rondgelopen. Nu al leven veel mensen op plaatsen die zonder moderne technologie (airco, irrigatie, centrale verwarming) onleefbaar zouden zijn.
Laten we ook niet vergeten dat de natuur geen enkele harmonie of evenwicht vertoont, en door niets of niemand bestuurd wordt. Tijdens de laatste IJstijd, een luttele 20.000 jaar geleden, lag de zeespiegel maar liefst 120 meter lager. De Noordzee moest nog volstromen en van de eilandengroep Groot-Brittannië was nog geen sprake. Die vormde zich pas toen de poolkappen een beetje wegsmolten en het omliggende land werd omgedoopt tot zee (dat was nog eens een ‘harde brexit’). Rond 3,6 miljoen jaar geleden, toen onze voorouder Australopithecus hier rondliep, zat er minstens evenveel CO2 in de lucht als nu. In de poolgebieden was het 14 graden Celsius warmer, er was geen permanent poolijs, en de zeespiegel lag 25 meter hoger dan nu.
Nog langer geleden, toen de eerste zoogdieren ten tonele verschenen, zat er zelfs vijf keer zoveel CO2 in de lucht als vandaag. De natuur is ook wreed en onverschillig: 99 procent van alle soorten die ooit op deze planeet rondliepen of -zwommen, zijn uitgestorven, vaak in massa-extincties. De Griekse filosoof Heraclitus wist het al: panta rhei, alles stroomt. Continenten verschuiven, zeespiegels stijgen en dalen, poolkappen bevriezen en smelten.
Zegening
Ik schrijf dit niet om het probleem van klimaatopwarming te minimaliseren, maar in de hoop dat ik jullie doembeelden over een ‘onleefbare planeet’ wat nuanceer. Een andere belangrijke kanttekening betreft de enorme zegeningen die fossiele brandstoffen betekenden voor de mensheid. Het menselijk leven vóór de industriële revolutie was, zoals de filosoof Thomas Hobbes het beschreef: ‘eenzaam, armoedig, afschuwelijk, beestachtig en kort’.
De eeuwen zonder antropogene klimaatopwarming (voor 1800) waren eeuwen van doffe ellende, de twee eeuwen erna van ongeziene welvaart en voorspoed. Jullie zijn lang niet de eersten die de vergelijking maken tussen roken (voor de mens) en fossiele brandstoffen (voor de mensheid), maar ik denk dat die nergens op slaat. Roken is een schadelijke en kankerverwekkende activiteit die de levensverwachting sterk verlaagt en voor de roker geen enkel voordeel biedt. Een rookverslaafde kan van vandaag op morgen stoppen, zonder enig nadeel, maar onze beschaving kan niet van vandaag op morgen olie en steenkool afschaffen.
Fossiele brandstoffen waren, en zijn nog steeds, grote weldoeners voor de mensheid, die de mondiale levensverwachting van 30 naar meer dan 70 jaar deden stijgen, die onze rijkdom en welvaart spectaculair vermeerderden. Zónder zou onze hoogtechnologische geïndustrialiseerde samenleving gewoon onmogelijk zijn. Fossiele brandstoffen hebben zelfs onze impact op het milieu verkleind, omdat we niet langer bossen hoefden te kappen om ons warm te houden, en ook niet langer op walvissen hoefden te jagen om ons ’s nachts (met lampolie) te verlichten.
CO2 is ook geen ‘vervuiling’ of ‘vergiftiging’, zoals jullie schrijven. Niet alleen is CO2 volkomen veilig om in te ademen, het is ook voedsel voor planten. Wisten jullie dat onze planeet al decennia aan het vergroenen is, dankzij de recordhoeveelheden CO2 die we in de atmosfeer stootten? Ook dat is wetenschap.
Beter gewapend
Toch hebben jullie gelijk: klimaatopwarming is een ernstig probleem. De planeet warmt vandaag sneller op dan goed is voor ons, en voor tal van andere diersoorten. In vele landen is de landbouw aangepast aan delicate klimatologische omstandigheden, die door klimaatopwarming verstoord kunnen worden (zoals moessonregens). Een andere zorg is dat meer dan een derde van de wereldbevolking leeft op plekken niet hoger dan 100 meter boven de huidige zeespiegel. Als de zeespiegel blijft stijgen, zullen deze mensen ofwel dijken moeten bouwen, ofwel verhuizen. We zullen ons hoe dan ook moeten aanpassen aan een nieuwe wereld. Zelfs als we van vandaag op morgen geen gram CO2 meer uitstoten, zullen de gevolgen van onze voorbije uitstoot nog decennia doorwerken.
Jullie schrijven ‘ons geduld is op’, maar daar schieten we niet veel mee op. We moeten de transitie maken naar een koolstofvrije economie, maar niet tegen elke prijs. Het klimaat is slechts één van de zeventien Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. Om maar iets te noemen: er zijn nog altijd honderden miljoenen mensen die nu in extreme armoede leven, en die nu al getroffen worden door natuurrampen. Die natuurrampen zijn een heikel punt. De bewijzen voor de grotere frequentie van natuurrampen door klimaatopwarming zijn momenteel nog zwak, al kunnen we ze zeker verwachten in de toekomst. Klimaatactivisten vergeten weleens dat Moeder Natuur sowieso op gezette tijdstippen verwoestingen aanricht, wreed en onverschillig als ze is.
De laatste honderd jaar zagen we een spectaculaire daling van het aantal doden door natuurrampen, ondanks de klimaatopwarming (en ondanks de grote bevolkingsgroei). De belangrijkste reden daarvoor is economische ontwikkeling. De natuur ontbindt nog steeds haar duivels, maar we zijn veel beter tegen haar gewapend. Daarom hebben mensen in arme landen eerst en vooral economische ontwikkeling en betaalbare energie nodig. Dat komt vandaag helaas nog steeds neer op fossiele brandstoffen, want steenkool is een spotgoedkope en betrouwbare energiebron. Industrialisering en economische groei vormen de beste manier om je te wapenen tegen natuurgeweld, of die nu veroorzaakt is door klimaatopwarming of niet.
Doomsday clock
Ik begrijp dat jullie weinig geduld hebben voor zulke afwegingen, die jullie vooral als tijdverlies zien, of als een excuus om niets te doen. Jullie zeggen dat jullie generatie de ‘klok heel luid hoort tikken’. Wel, jullie zijn niet de eersten. In de jaren 1960 en 1970 hoorden doemprofeten de tikkende klokken van overbevolking, zure regen, het gat in de ozonlaag, de uitputting van grondstoffen en de naderende nucleaire holocaust. Kennen jullie de doomsday clock? Die geeft aan hoever de mensheid nog verwijderd is van de zelfgemaakte ondergang. De klok staat nu op 2 minuten voor 12. Dat klinkt niet goed. Maar in 1984 en in 1953 stond de klok op 3 voor 12. Daartussen ging ze soms wat vooruit, soms wat achteruit, tussen 10 en 2 voor 12. Niet echt een betrouwbare klok.
Dat van de vorige doembeelden niets is terechtgekomen, wil natuurlijk niet zeggen dat jullie ongelijk hebben. Maar ik vrees dat jullie dezelfde vergissing begaan als de vorige generaties doemdenkers: jullie onderschatten het menselijk vernuft en geloven te veel in een harmonieuze orde die vroeger bestond. De doemvoorspellingen van de Club van Rome kwamen niet uit, omdat slimme wetenschappers betere gewassen ontwikkelden met een veel hogere opbrengst en doordat ze alternatieven vonden voor schaarse grondstoffen. De bevolkingscatastrofe werd afgewend doordat economische ontwikkeling (aangedreven door fossiele brandstoffen, jawel) zorgde voor beter onderwijs en meer vrouwenemancipatie, wat op haar beurt leidde tot gezinsplanning en dalende geboortecijfers.
Wat moeten we dan doen? Ik steun jullie pleidooi voor hogere klimaatambities, maar op wereldschaal zijn wij druppels op een hete plaat. Als de rest van de wereld niet mee wil, hebben onze extra inspanningen zelfs geen enkele zin.
Niet puur politiek
De beste manier waarop kleine landen als België en Nederland een impact kunnen hebben op het klimaat, is door volop in te zetten op technologische innovatie. We moeten zo snel mogelijk oplossingen vinden die de transitie naar een koolstofvrije energie vlotter en goedkoper kunnen maken voor iedereen. Laat je niet wijsmaken dat het klimaat puur een kwestie van politieke wil is. Anders was het echt al lang opgelost (zoals met het gat in de ozonlaag destijds, dat werd opgelost door een wereldwijd verbod op drijfgassen).
De huidige technologie is gewoon niet toereikend om een snelle energietransitie te maken zonder grote welvaartsvernietiging. Maar de wetenschap zet elke dag rasse schreden. Denk aan het ‘waterstofpaneel’ dat de KU Leuven onlangs ontwikkelde, of aan het plan van onderzoekers aan de Universiteit van Luik om windenergie van Groenland naar hier te halen, of aan het onderzoek aan het Belgische MYRRHA naar een nieuwe generatie van kerncentrales, die hun eigen afval recycleren, of aan de prille technologie om CO2 die we al uitstootten weer uit de lucht te vangen en op te slaan.
Wij leven in een van de rijkste en meest welvarende regio’s ter wereld, dus wij kunnen het ons veroorloven om het voortouw te nemen op het gebied van technologische ontwikkeling. Jullie bedoelingen zijn goed, maar met goede bedoelingen alleen verander je de wereld niet. We hebben ook en vooral kennis en technologie nodig. Daarvoor moeten we studeren, ideeën bedenken, bijleren. Daar kunnen ook jullie, met jullie slimme hersenen, aan bijdragen.