Er is een point of no return bereikt. Het beslissende moment is aangebroken. Waarover gaat het precies? Dat kan van alles zijn. Overbevolking, robotisering, bijensterfte, islamisering, het einde van de euro. Telkens opnieuw hoor je dat de zaken nu een kantelpunt bereikt hebben. Je vraagt je af: wanneer is het ooit níét vijf voor twaalf?
In The Restaurant at the End of the Universe beschrijft de Britse schrijver Douglas Adams een conceptrestaurant waar je gezellig kunt tafelen, terwijl buiten het universum uit elkaar wordt gereten. Elke avond kun je hetzelfde schouwspel door het raam bezichtigen, want het restaurant zit opgesloten in een soort tijdlus.
Willen we niet allemaal graag op de eerste rij zitten als de wereld vergaat, of als de wereldgeschiedenis tot een ontknoping komt? De volgelingen van Jezus spitsten hun oren toen hij verkondigde dat sommigen onder hen nog zouden rondlopen wanneer het einde der tijden aanbrak. Sindsdien voorspellen doemprofeten niet enkel dat de wereld zal vergaan, maar ook dat hij weldra zal vergaan. Ergens is dat begrijpelijk: als je de Apocalyps nog duizend jaar in het verschiet stelt, dan ligt niemand daar natuurlijk wakker van. Veel spannender als het Uur weldra aanbreekt!
Wij nuchtere mensen in de eenentwintigste eeuw geloven natuurlijk niet in het bazuingeschal van de Apocalyps. Maar de fascinatie met kantelpunten, drempels, slaande klokken en nakende ontknopingen is volgens mij een moderne variant van dat eindtijddenken.
De overtuiging dat het beslissende moment van de geschiedenis uitgerekend tijdens jouw leven zal plaatsvinden, getuigt van een bijzondere ijdelheid.
De aarde is niet langer het middelpunt van de kosmos, maar ónze tijd is wel het scharnierpunt van de geschiedenis. Nu zal het gaan kantelen, en wie zal dan op de eerste rij zitten? Wij! De Britse schrijver Matt Ridley noemt deze psychologische aandoening turning-point-itis. Dat kunnen we vertalen naar ‘kantelpuntitis’.
Het probleem is dat elke generatie dat over zichzelf denkt. De geschiedenis is een aaneenschakeling van kantel- en keerpunten. Sinds Thomas Malthus voorspelden doemdenkers telkens opnieuw dat de demografische catastrofe net om de hoek loert. Maar decennium na decennium kregen ze ongelijk. En tegen de tijd dat de nieuwe generatie onheilsprofeten opstaat, zijn de oude alweer vergeten.
Het is natuurlijk niet omdat de menselijke geest geneigd is om overal kantelpunten te zien, dat we ons vandaag níét op een kantelpunt bevinden. Maar het is goed om in het achterhoofd te houden: elke generatie denkt van zichzelf dat ze op het scharnierpunt van de geschiedenis zit, dat het Uur van de Waarheid is aangebroken. Het is een verleidelijke gedachte, maar meestal is ze ongegrond.
(Filosofie Magazine, januari 2018)