Staar je niet blind op de maatschappij om terreur te verklaren (en ook niet op het individu)

(De Morgen – 8 december 2015)

Lieven Pauwels, Maarten Boudry & Johan Braeckman

In de nasleep van de recente aanslagen in Parijs laaien de discussies over de oorzaken van de terreur weer hevig op. De opvatting dat “de maatschappij” zelf de monsters maakte en dus oogst wat ze zaaide, blijft hardnekkig. Maar klopt het dat maatschappelijke structuren, al dan niet zelf gecreëerd, een dwingende invloed op ons hebben?

In een eenzijdig maatschappelijk schuldmodel hebben we het allemaal aan onszelf te danken: ons geopolitiek beleid is een fiasco, de armoedebestrijding heeft gefaald, onze integratiepogingen zijn mislukt. Voor sommigen heeft zelfs het hele project van de Verlichting afgedaan. Vaak zijn het maatschappijcritici die deze boodschap verkondigen. Maar dat eenzijdige macro-verhaal faalt.

Als alles de schuld is van de maatschappij, moet het aantal terroristen en extremisten dan geen veelvoud zijn van hetgeen we vandaag kennen?

Waarom reageert de meerderheid van “slachtoffers” niet met terrorisme op de druk die uitgaat van ongelijkheid, van armoede en racisme? Waarom neemt de terreur vaak de gedaante aan van een bepaalde religieuze ideologie (het salafi-jihadisme)? Waarom werft IS rekruten over de ganse wereld, van prille Arabische democratieën (Tunesië), over maatschappijen die gebaseerd zijn op het laïcité-model (Frankrijk), multiculturalisme (Canada, VK), militaire autocratieën (Egypte), en wahabistische theocratieën (Saoedi-Arabië)?

Het structureel determinisme, zo beargumenteerde wetenschapsfilosoof Mario Bunge, verengt de mens tot een druppel in een oceaan, tot een spons die blind in zich opneemt wat hem wordt voorgeschoteld. Wie vertrekt vanuit structureel deterministisch denken gaat bovendien uit van een achterhaald mensbeeld: de mens als kneedbaar stuk boetseerklei. In het structureel deterministisch denken leiden armoede, discriminatie en onrecht tot onomkeerbare fatalistische reacties bij eenieder die er aan wordt blootgesteld, alsof de tussenliggende individuele mechanismen causaal niet relevant zijn.

Een zuiver individueel schuldmodel faalt echter ook. Individuele kenmerken, zoals een hang naar kicks, volstaan ook niet om terreur te verklaren. De jihadi-terrorist heeft geen duidelijk psychologisch profiel. Er moet meer aandacht gaan naar het zinvol verenigen van beide benaderingen. Enerzijds heb je achterliggende factoren op macroniveau (zoals de geo-politieke context) en mesoniveau (groepsprocessen), die een radicaliseringsproces in gang kunnen zetten.

Daarnaast heb je interveniërende mechanismen en hefbomen die individuele keuzeprocessen mee beïnvloeden. Alle handelingen zijn het gevolg van wisselwerkingen tussen individuele en contextuele kenmerken, en vaak is de micro-context veel belangrijker dan de grote maatschappelijke structuren. Dit komt omdat de micro-context dichter bij het individu staat dan de macro-context.

Diverse studies toonden aan dat zowel reëel onrecht als aangeprate gevoelens van onrecht jongeren richting totalitaire groeperingen kunnen duwen. Eens opgenomen in de groep, nemen de nieuwe leden een andere identiteit aan, zonderen ze zich af en laten ze zich een door een steeds extremer vijanddenken ophitsen. De stap naar dehumanisering van andersdenkenden is dan erg klein geworden, wat vervolgens extreem geweld legitimeert en normaliseert.

Liever dan een complex probleem realistisch te bespreken, blijven adepten van het maatschappelijke schuldmodel veilig op de paden van de politieke of religieuze correctheid. Structureel determinisme vormt het excuus bij uitstek om de invloed van aan religie ontsproten waanbeelden niet onder ogen te zien. Toch tieren de fundamentalistische interpretaties van de Islam welig en spelen apocalyptische doembeelden over een nakende eindstrijd een bijzonder grote rol.

Seculier denkende westerlingen zijn zo vervreemd van de kracht van dergelijke geloofsovertuigingen dat ze zich nauwelijks nog kunnen voorstellen hoe grondig ze iemand mentaal kunnen beheersen. Daarom kijkt men enkel naar andere oorzaken, zoals structureel onrecht, uitsluiting en racisme. Maar dat gebrekkig inlevingsvermogen breekt ons zuur op. Structureel deterministen blijven blind voor andere oorzaken van terreur. Dat leidt niet zelden tot een vermoeiende en nutteloze vorm van zelfkastijding over ‘onze’ fouten’ en een misplaatst begrip voor fundamentalisme.

Op dezelfde manier kneep progressief links in de jaren 60 beide ogen dicht voor de goelags van Stalin, en vergeten aanhangers van Michel Foucault dat hij het moorddadig regime van Khomeini steunde. Een zuiver individueel model faalt ook, want de invloed van individuele kenmerken is contextafhankelijk. Eenzijdig denken, zij het vanuit macro- of micro-perspectief, is gevaarlijk voor de democratie.