Stel dat u één ding kon wegtoveren in de wereld: extreme armoede of extreme rijkdom. Welk van de twee zou u kiezen? Een wereld zonder miljardairs of eentje zonder bedelaars? We nemen voor het gemak even aan dat we niemand zullen liquideren: we gaan gewoon geld afnemen en, respectievelijk, uitdelen.
Ik hoop dat u geen seconde twijfelt: natuurlijk zouden we extreme armoede wegtoveren. Dat is precies wat de Millennium Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties nastreven tegen 2030, zij het niet via een toverstaf, maar via beproefde methodes van economische ontwikkeling, herverdeling en liefdadigheid. Toch kom ik steeds vaker mensen tegen die, te oordelen naar hun retoriek en de distributie van hun morele verontwaardiging, extreme rijkdom erger vinden dan extreme armoede.
Een voorbeeld: de schrijver Anand Giridharadas stak onlangs een tirade af op Twitter tegen Bill Gates, die meer dan 16.000 keer werd gedeeld. Gates (106 miljard dollar vermogen, volgens Forbes) had zijn twijfels uitgesproken over een monstertaks voor miljardairs: „Als ik 20 miljard dollar belasting moet betalen, dan vind ik dat oké. Maar als je zegt dat ik 100 miljard dollar moet betalen, dan begin ik een rekensommetje te maken over wat ik overhoud.” Die uitspraak, aldus Giridharadas, maakte Gates tot een half monster.
Nu ben ik zelf voorstander van hogere belastingen voor miljonairs, maar ik kan Gates’ afweging begrijpen. Met zijn Gates Foundation heeft de Microsoft-oprichter al ettelijke miljarden gepompt in bijzonder effectieve campagnes tegen malaria en tegen tropische diarree, een ziekte die nog steeds jaarlijks een half miljoen kinderen doodt. Het zijn domeinen waarin overheden helaas tekortschieten. Gates heeft de ambitie om wereldwijd polio uit te roeien, en dat lijkt hem nog te lukken ook.
Welke garantie heeft Giridharadas dat de 100 miljard die Gates aan belastingen zou betalen beter besteed zou worden dan de extreem effectieve campagnes die hij financiert? Gaat Uncle Sam er diarree en polio mee bestrijden in verre landen, of er een paar nieuwe vliegdekschepen mee kopen? Wat tot de vraag noopt: is het Giridharadas en zijn enthousiaste volgelingen wel te doen om extreme armoede en ontbering? Of willen ze vooral koste wat kost miljardairs als Gates kaalplukken? Het is hemeltergend dat Giridharadas uitgerekend Gates de mantel uitveegt, die wellicht meer heeft betekend voor de onfortuinlijken der aarde dan wie dan ook.
Nog een voorbeeld. De marxist Paul Goossens snoeft in zijn laatste column voor De Standaard dat „pseudofilosofen” als ik enkel aan armoedebestrijding doen omdat zoiets „systeembevestigend” is, terwijl we de ongelijkheid zelf ongemoeid laten. Dat noopt tot de vraag: wat zou Goossens doen als hij de magische toverstaf van hierboven had?
Of neem Rutger Bregman, die op Davos uitvoer tegen de „stupid philanthropy schemes” van Gates en consorten. Zijn devies: „Taxes, taxes, taxes, and all the rest is bullshit”. Dat soort oververhitte retoriek tegen miljardairs wijst op een verstoord moreel kompas. Belastingen zijn een middel, geen doel op zich. Of vindt Bregman extreme rijkdom een groter moreel kwaad dan extreme armoede? Ik hoop van niet.
Maar waarom niet beide tegelijk uitroeien? Zijn het geen keerzijden van dezelfde medaille? Zo simpel is het niet. Rijkdom is geen nulsomspel waarbij de winst tot het verlies van de ander leidt. De historische relatie tussen extreme armoede en extreme rijkdom is dan ook complex. Het enige ‘systeem’ dat de extreme armoede ooit heeft teruggedrongen tot minder dan 10 procent van de wereldbevolking is hetzelfde systeem dat meer extreme rijkdom dan ooit tevoren voortbracht: het onze. Ongelijkheid hangt niet alleen samen met welvaart, maar is er ten dele zelfs de motor van: het vooruitzicht op ongelijke beloning motiveert mensen tot innovatie. Liever een ongelijke wereld zonder armoede dan een gelijke wereld waarin iedereen even arm is.
Natuurlijk, in een wereld waar nog steeds mensen doodgaan van de honger, is het bestaan van miljardairs een schande. Zoals de activisten op hun T-shirts drukken: „Billionnaires should not exist”. Elke miljardair zou daarom een voorbeeld moeten nemen aan Bill Gates en het grootste deel van zijn fortuin wegschenken. En extreme rijkdom kan wel degelijke nare neveneffecten hebben die we in de gaten moeten houden, zoals monopolievorming, corruptie, erosie van democratische gelijkheid (one dollar one vote), kansenongelijkheid, en plutocratische dynastieën. Maar extreme armoede heeft nog kwalijker nevenwerkingen: je hongert uit, wordt ziek en gaat dood aan diarree.
Wat zal onze prioriteit zijn?
(NRC, 15/01/20)